Menu Sluiten

Honden

Vaccineren

Elke hond wordt als pup ingeënt. Dit gebeurt op de leeftijd van zes, negen en twaalf weken. De eerste inenting vindt plaats bij de fokker en de volgende bij u, als nieuwe eigenaar. De entingen worden bijschreven in het dierenpaspoort zodat u kunt zien welke inentingen uw hond heeft gehad. Daarna vindt er een jaarlijkse hervaccinatie plaats om de weerstand op peil te houden. U krijgt hiervoor een herinneringsoproep.
Het is niet nodig om elk jaar tegen alle ziektes te enten. Omdat de entingen in het paspoort bijgehouden worden kunt u samen met de dierenarts overleggen welke voor uw hond nodig zijn. Mocht de hond naar het buitenland of naar een pension gaan dan zijn aanvullende entingen voor rabiës (hondsdolheid) of kennelhoest nodig.

Chippen

Vanaf 1 april 2013 is het wettelijk verplicht dat alle in Nederland geboren pups gechipt moeten worden. Zo wil de regering misstanden in de fokkerij tegengaan en het welzijn van honden verbeteren. Puppy’s moeten binnen 7 weken na geboorte gechipt zijn, en binnen 8 weken na de geboorte geregistreerd zijn. Mocht u een nestje hebben, maar nog niet een nieuwe eigenaar hebben gevonden, dan dient u het dier dus op uw naam te registreren.

Het chippen van uw huisdier kan worden gedaan door de dierenarts of iemand die daartoe speciaal is opgeleid. Mocht u een dier uit een asiel halen, dan is het dier daar al gechipt.

Wat is chippen?
Er wordt een kleine microchip, ook wel transponder genoemd, onder de huid aangebracht door middel van een injectienaald. De naald zelf is 2,5 millimeter breed en 2,5 centimeter lang. De transponder zelf is niet groter dan een rijstkorrel en de buitenkant is van een speciaal materiaal gemaakt. Dit heet bioglas en zorgt ervoor dat de chip in de onderlaag van de huid vastgroeit Het aanbrengen wordt over het algemeen goed verdragen door het dier.

Wat zijn de voordelen van chippen?

  • mocht uw huisdier een keer weglopen of verdwalen dan kan er via het registratienummer gekeken worden van wie het huisdier is. Vervolgens kan er contact met u opgenomen worden
  • het dier heeft geen last van de chip: Het zit het dier niet in de weg
  • elk registratienummer is uniek. Er kan dus altijd achterhaald worden van wie het huisdier is, mits de registratie up-to-date gehouden wordt.
  • fraude plegen is moeilijk: Veranderen van het registratienummer kan niet en de chip is moeilijk te verwijderen.
  • de chip is niet te zien. Voor het uiterlijk van de hond of kat heeft de chip dus geen gevolgen.
  • illegale huisdierenhandel kan worden tegengegaan
  • eigenaren die hun hond of kat achterlaten wanneer zij bijvoorbeeld op vakantie gaan zijn gemakkelijk op te sporen
  • schaadt de gezondheid van je huisdier niet

Verzekering

Vroeg of laat staat vrijwel elk huisdier een keer op de tafel bij de dierenarts. Vaak voor iets kleins, zoals een inenting of pilletjes, maar soms voor iets ernstigers. De diergeneeskunde in Nederland staat gelukkig op een zodanig peil dat de dierenarts uw huisdier veelal weer kan genezen. De kosten hiervan kunnen echter behoorlijk oplopen. Een rekening van een paar honderd euro is bijvoorbeeld bij operaties eerder regel dan uitzondering. Als u op zo′n moment niet voor een hele moeilijke keuze gesteld wilt worden, dan kunt u zich het beste hier ook financieel op voorbereiden.
Tegenwoordig is het mogelijk om ook voor uw dier een ongevallen- en ziektekostenverzekering af te sluiten. Bijna alle medische kosten ten gevolge van een ongeval en/of ziekte worden dan door de verzekering vergoed. Een prettige zekerheid op een moment dat u wel iets anders aan uw hoofd heeft. Vergelijkbaar met de humane verzekeringen zijn er ook bij deze verzekering wel beperkingen en uitzonderingen. Het is dus verstandig om (toch) de kleine lettertjes te lezen. Kijk eens op de volgende website www.verzekerjehuisdier.nl

Operatie

Voorafgaand aan de operatie Wanneer uw huisdier geopereerd moet worden is dit meestal bij een eerder bezoek aan de praktijk met de dierenarts besproken. Voordat er daadwerkelijk tot een operatie besloten wordt, zal de dierenarts eerst een algemeen onderzoek uitvoeren om te kijken of het dier gezond genoeg is om onder narcose te gaan en geopereerd te worden. Als dit het geval is dan wordt een afspraak gemaakt voor de operatie. Op de dag van de operatie dient het dier nuchter te zijn. Dit betekent dat het dier de dag voor de operatie na 18.00 uur niet meer mag eten, maar wel gewoon water mag drinken! Honden dienen tevens van tevoren goed uitgelaten te zijn, dit maakt de opname wat prettiger.

Op het afgesproken tijdstip (meestal ′s ochtends tussen 8.00 en 9.00 uur) brengt u uw huisdier naar de praktijk. Uw huisdier wordt dan door de assistentes gewogen en opgenomen en u spreekt dan gelijk een tijd af waarop u uw huisdier ′s middags weer op kunt komen halen. Wanneer u dat prettig vindt kan de dierenarts of assistent na afloop van de operatie even bellen om te melden hoe alles verlopen is.

Sterilisatie

Met sterilisatie wordt bij de teef de operatie bedoeld waarbij de eierstokken worden weggehaald. Eigenlijk is er bij sterilisatie sprake van een castratie. Na het verwijderen van de eierstokken is de teef niet meer vruchtbaar en wordt niet meer loops. Ook wordt in sommige gevallen de baarmoeder weggehaald, als er afwijkingen worden vastgesteld.

Voordelen steriliseren 
Waarom steriliseren?
Als er niet met de teef gefokt gaat worden zijn er een aantal redenen om de teef te steriliseren. Ten eerste om gezondheidsredenen: een teef die jong gesteriliseerd is krijgt bijna nooit meer melkkliertumoren en kan geen baarmoederontsteking meer krijgen. Een gesteriliseerde teef kan ook niet meer schijnzwanger worden en heeft duidelijk minder kans op suikerziekte. Ten tweede om praktische redenen: de teef heeft nooit meer uitvloeiing en is niet meer aantrekkelijk voor reuen.

Nadelen sterilisatie
Een gesteriliseerde teef heeft iets meer neiging tot overgewicht. U kunt de teef het beste na de operatie 10 tot 20 % minder voer geven. Tegenwoordig zijn er ook speciale voeders voor gesteriliseerde teven te verkrijgen. Soms wordt een teef op latere leeftijd incontinent, maar dat komt zelden voor en is gelukkig met medicijnen goed te behandelen. Een teef hoeft absoluut geen nestje gehad te hebben om gesteriliseerd te worden.

Castratie reu

Vanaf 5 maanden leeftijd kan een reu gecastreerd worden. Vaak wordt hiertoe besloten als de reu erg dominant gedrag gaat vertonen, of wegloopgedrag heeft als gevolg van zijn mannelijke hormonen. Castratie kan het gedrag van de reu in die gevallen positief beïnvloeden. De voorhuidsontsteking die ongecastreerde reuen vaak hebben, verdwijnt over het algemeen na castratie.

Nadeel van castratie is dat de reu makkelijker in gewicht toeneemt, en de vacht kan iets veranderen. Na castratie is het dus van belang om net als na sterilisatie van de teef 10 tot 20% minder voer te geven. Over het algemeen hebben reuen weinig last van de operatie.